
Interview uit Haarlems Dagblad
Eric Koller
Tekst: Jan Pieterse
De mimische theatervorm van Eric Koller is alom bekend. Niet alleen van het theater, maar ook van internet, waar op You Tube scènes uit eerdere programma’s van hem zijn te zien. Op die manier komt een breed publiek in aanraking met deze cabaretier.
Hippo is het dertiende programma van Koller en heet voluit Hippopotomonstrosesquippedaliofobie, oftewel: angst voor lange woorden. “Alles staat tegenwoordig in dienst van mijn theaterwerk, omdat ik dat steeds serieuzer neem. De lat ligt erg hoog. Ik maak bijvoorbeeld geen aparte voorstellingen meer voor De Parade, maar gebruik dat festival om nieuwe scènes uit te proberen.”
Dat ontging ook Freek de Jonge niet. Hij zag op De Parade een try out zag van Hippo. ,,Het was wat schetsmatig, want de verschillende acts stonden nog in de grondverf. Maar hij zag dat ik in korte tijd een grote stap had gemaakt. Hij was verrast en enthousiast en zei dat mijn optreden gegroeid was. Dat was natuurlijk leuk om te horen. Freek is zelf ook erg gecharmeerd van het fysieke beeldende theaterwerk en omdat hij vindt dat die vorm van cabaret moet blijven bestaan, is hij blij dat ik dat op me neem.”
Koller weet met Hippo te boeien, zonder dat er een woord wordt gesproken. “Tot nu toe had ik altijd scènes in de voorstelling waarbij ik tekst nodig had om een situatie duidelijk te maken. Maar ik leg nu op een andere manier contact met de zaal dan met woorden. Bijvoorbeeld door de mensen meer aan te kijken en met ze te spelen. Dat kan zijn met een knipoog of door ze te laten schrikken. Het is een beetje aantrekken en afstoten. Iets dat je met tekst ook doet. De opening van Hippo is de loodgieters-scène waarin ik met buizen contact maak met de zaal. Door die vorm van communicatie voelen de mensen zich meteen op hun gemak en kunnen ze verder lekker ontspannen achterover leunen. Ik ben blij dat ik dit uiteindelijk onder de knie heb: een zaal zonder woorden omarmen: kom maar, ik bijt niet!”
Regelmatig is Eric Koller op televisie te zien in commercials. Ook daarin houdt hij meestal zijn mond. ,,Ik ben een mimische figuur die het liefst zijn gezicht het werk laat doen. Reclamespots maken is een mooie afwisseling met het spelen in het theater. De omstandigheden zijn heel anders. Commercials staan buiten alle realiteit. Je wordt behandeld als een ster. Er is veel geld en bij die producties is voor alles een ‘mannetje’. Als je klaar bent met draaien krijg je meteen een deken en een kop warme chocolademelk.”
Dat is andere koek dan Kollers ervaring op het theaterfestival van Edinburgh. Daar zien ze hem niet meer.“Nee! Ik had de ambitie om mezelf daar in de buitenlandse picture te spelen. Maar dat festival beviel me helemaal niet. Je moet eerst alles zelf betalen en vervolgens maar uitzoeken hoe je de zaal vol krijgt. Ik stond op een locatie die voor het publiek erg moeilijk te vinden was. Daar heb ik financieel een enorme tik van gehad. Ik moet met mijn bedrijf Fool Koller-productions natuurlijk soms investeren, maar niet in zo’n bodemloze put. Het enige goede dat ik aan Edinburgh heb overgehouden, is: ontzettend veel goede reacties van de buitenlandse pers. De recensenten hebben uitstekend begrepen wat ik stond te doen.”
Dat is de kracht van de optredens van Koller, de mimische en fysieke acts zijn wereldwijd geschikt voor jong en oud. In vrijwel alle scènes bevindt de cabaretier zich in een benarde positie. “Dat vind ik boeiend. Hoe ga je met zo’n situatie om. Het is actie-reactie en gaat altijd de verkeerde kant op. Met iedere poging om de toestand te verbeteren, wordt die alleen maar erger. Het blijft spannend om te bedenken: hoe werk je iemand op een leuke manier nóg verder in de penarie.”