
Interview uit Haarlems Dagblad
Paul Haenen
Tekst: Jan Pieterse
HAENEN EN DOLMAN: RECHTSTREEKS SPRANKELEND!
Paul Haenen is van alle generaties. Door Bert uit Sesamstraat is hij bekend bij jongeren, door Margreet Dolman en dominee Gremdaat bij alle anderen. Verder schrijft hij toneelstukken en runt, samen met zijn vriend Dammie van Geest, hun theater Het Betty Asfalt Complex in Amsterdam. “Die afwisseling is een geschenk. We maken nu ook een dvd-tijdschrift, Margreetdvd.. Dat is televisie waarbij je geen last hebt van net-managers. Iets geheel nieuws.”
Net als in zijn eerdere theaterprogramma’s weet Haenen in Rechtstreeks sprankelend het publiek te verleiden tot persoonlijke ontboezemingen.
“Als onderdeel van een gevarieerde en vrolijke avond. Eerlijk gezegd heb ik het ‘t meest over mezelf. Ook in de rol van dominee Gremdaat en Margreet Dolman. Maar ik merk ook dat sommige mensen uit de zaal het fijn vinden om zich te uiten en die geef ik de ruimte. De anderen laat ik met rust. Het is mijn interesse in de mensen, maar het gaat nooit ten koste van ze. Ik ben overtuigd van mijn journalistieke manier van theatermaken en betrek daarom ook de actualiteit er altijd bij. Daardoor is elke avond anders en krijg je met elke zaal een ontspannen gevoel van saamhorigheid”.
Nu hij begin zestig is kan Paul Haenen wel stellen dat hij altijd z’n eigen creatieve gang is gegaan.
“Tja, waar komt dat vandaan? Vanaf mijn twaalfde schreef ik in een dagboek om een eigen wereld te creëren en de strijd aan te gaan. De strijd om niet te worden zoals mijn moeder. Ze had een kunstopleiding gevolgd, maar heeft er nooit iets mee gedaan. Ze had straatvrees en koesterde dat isolement. Ik dacht als kind: dat zal míj niet overkomen. Ik was angstig en verlegen, maar ben juist daarom interviews gaan maken voor de radio en tv. Misschien ben ik wel gaan interviewen om erachter te komen waarom iemand lijdzaam en passief in het leven staat? Toen dat omroepwerk stopte ben ik toneelstukken gaan schrijven, later veel tv programma’s gaan maken en ook zelf het theater ingegaan. Als de ene weg geblokkeerd is, moet je een andere inslaan. En niet je kop blijven stoten en verbitterd raken.”
Ook in Rechtstreeks sprankelend is dat interviewen een klein maar belangrijk onderdeel. In een van de try outs vroeg hij gescheiden mensen op het toneel. Zelf is Haenen ook kind van gescheiden ouders.
“Ik denk dat kinderen veel minder gehecht zijn aan het bij elkaar blijven van hun ouders dan ouders hopen. Ik vond het juist leuk dat mijn ouders gingen scheiden. De onderhuidse spanning toen ze samen waren, was veel en veel erger. Bovendien werd je daarna door zowel je vader als je moeder verwend. Ik heb wel eens gedacht dat ik zo’n vrouw als Margreet Dolman speel omdat die alles is wat mijn moeder níét was: brutaal, actief, enthousiast, emotioneel, dapper, warm en troostend. Hoewel, mijn moeder was wel warm en troostend. Ze had een moeilijk leven en wij waren als kinderen niet in staat haar bijvoorbeeld van haar straatvrees af te helpen.”
Als Margreet Dolman het verzet van Haenen symboliseert tegen zijn moeders passiviteit, moeten we dan bij dominee Gremdaat denken aan zijn vader?
“Neeee ….. nou ja, mijn vader was onderwijzer en Gremdaat is ook nogal belerend. En dat koppige had hij ook wel, hij was heel koppig en principieel. Uiteindelijk was hij directeur van een pedagogisch centrum en daar moest het wel gaan zoals hij wilde.”
Al op jonge leeftijd ontdekte Paul Haenen zijn homoseksualiteit.
“Daar hadden mijn ouders totaal geen probleem mee. Het waren ruimdenkende socialisten met veel begrip. Natuurlijk hielden ze van ons, maar ze konden zich moeilijk uitten. Hartelijk omhelzen of knuffelen deden ze niet. Ik had daar wel behoefte aan en pas veel later durfde ik daaraan toe te geven. Net als ruzie maken, dat durfde ik ook nooit. Ruzies van mijn ouders waren altijd vol spanning en bleven lang hangen. Toen ik later ontdekte dat je het na een ruzie weer goed kunt maken, was dat heel bevrijdend.”
Van zijn vader heeft Haenen het onverstoorbare, het onaangepaste en het geloven in eigen gelijk meegekregen. “En het strijdbare. Als hij ging wandelen en er stond een hek, dan klom hij er overheen. Voor hem golden geen hekken. Toen ik een keer een conflict had met een omroep, zei mijn vader: dat hoef je niet te accepteren, je moet daar een steen door de ruiten gooien!”
- Zie verder: www.bettyasfalt.nl